-
halveren
réduire de moitié - decrease by half halveren - halveerde - gehalveerD werkwoord Door de nieuwe maatregelen is het aantal besmettingen in ons land gehalveerd. -
hartstilstand [ zelfstandig-naamwoord ]
arrêt cardiaque | cardiac arrest zelfstandig naamwoord conditie waarbij het hart stopt met kloppen Mijn opa schrok zo hard dat hij een hartstilstand kreeg. -
haten [ werkwoord ]
détester - hate haten - haatte - gehaat werkwoord Ik haat het lawaai van de machines. -
heleboel
un tas de - a whole lot telwoord Ik heb een heleboel nieuwe mensen ontmoet vanavond. -
helft
moitié | half zelfstandig naamwoord 50% van het totaal De helft van alle scholieren komt in het hoger onderwijs terecht. -
hendel [ zelfstandig-naamwoord ]
manette - handle de hendel - de hendelszelfstandig naamwoord Met deze hendel kan je de machine besturen. -
herdenken [ onregelmatig-werkwoord, werkwoord ]
commémorer - commemorate herdenken - herdacht - herdacht werkwoord We herdenken op 11 november de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. -
herfst [ zelfstandig-naamwoord ]
automne | autumn/fall zelfstandig naamwoord derde jaargetijde, najaar. Van september tot december is het herfst. -
hersenen [ zelfstandig-naamwoord ]
cerveau | brain zelfstandig naamwoord deel van het centrale zenuwstelsel wat zich in het hoofd bevindt zie ook Wikipedia De hersenen sturen het menselijk lichaam aan. -
hoewel
although - although de boodschap - de boodschappen voegwoord Hoewel ik slecht geslapen heb, voel ik me prima. -
hoofdaandeelhouder
principaux actionnaires - main shareholders de hoofdaandeelhouder - de hoofdaandeelhouders zelfstandig naamwoord De hoofdaandeelhouder van het bedrijf eiste meer rendement. -
huid [ zelfstandig-naamwoord ]
peau – skin de huid zelfstandig naamwoord Mijn huid voelt heerlijk zacht na een bad. -
huisdier
animal familier - pet het huisdier - de huisdieren zelfstandig naamwoordIk heb twee huisdieren: een hond en een kanarie.