-
valsspelen [ werkwoord ]
tricher | to cheat werkwoord Oneerlijk zijn bij een spel, oneerlijk te werk gaan. De speler heeft valsgespeeld op de wedstrijd. -
verdwijnen [ werkwoord ]
disparaître - disappear verdwijnen - verdwenen - verdween werkwoord De olifant verdween in de jungle. -
vergelijken [ werkwoord ]
comparer - compare vergelijken - vergeleek - vergeleken werkwoord Kan je dit schilderij vergelijken met wat we gisteren gezien hebben? -
verkiezen [ werkwoord ]
élire - elect verkiezen - verkoos- verkozen werkwoord Ramira is verkozen tot leider van de groep. -
verklaren [ werkwoord ]
expliquer - explain verklaren - verklaarde - verklaard werkwoord Ik kan niet verklaren waarom de kat zo bang is voor mij. -
veroorzaken [ werkwoord ]
causer - cause veroorzaken - veroorzaakte- veroorzaakt werkwoord De storm veroorzaakte veel schade aan huizen en bomen. -
vervagen [ werkwoord ]
brouiller - fade vervagen - vervaagde- vervaagd werkwoord De herinneringen aan mijn kindertijd vervagen met de jaren. -
verzamelen [ werkwoord ]
rassembler - collect verzamelen- verzamelde - verzameld werkwoord Ik heb al mijn speelgoed verzameld en opgeruimd. -
vluchten [ werkwoord ]
fuir - escape vluchten - vluchtte - gevlucht werkwoord We zijn gevlucht voor het zware onweer.