Je weet dat een scheidbaar werkwoord uit twee delen bestaat. Maar hoe maak je correcte zinnen met het scheidbaar werkwoord in de verleden tijd, de ovt?
Hoe vorm je de ovt van het scheidbaar werkwoord
Neem eerst deel 2 van het scheidbaar werkwoord. Daarmee vorm je de ovt. Daarna volgt het eerste deel van het scheidbare werkwoord.
aanpassen → aan+passen → paste aan
nadenken → na + denken → dacht na
uitleggen → uit + leggen → legde uit
Zie ook: Woordleer → Werkwoord → Ovt
Plaats direct object
Het direct object moet tussen de twee delen van het scheidbaar werkwoord staan.
De taximan paste zijn snelheid aan. GOED
De taximan paste aan zijn snelheid NIET GOED
Plaats indirect object
Het indirect object mag eventueel tussen de twee delen van het scheidbaar werkwoord staan.
Ik dacht over het probleem na. GOED
Ik dacht na over het probleem. GOED
In de ZiN Taaltrainer leer je nog meer over het scheidbaar werkwoord. We illustreren het scheidbaar werkwoord in de les ‘Mag ik een afspraak?’ Pedro belt de kapper op om langs te komen. Hij kan niet komen op donderdag, want hij moet dan zijn vrouw oppikken aan de luchthaven.