Als je een samengestelde zin maakt met de conjunctiewoorden omdat/als/hoewel/toen/terwijl/…, dan wordt het tweede deel van de zin een bijzin. Dan moet je het verbum achteraan plaatsen!
OMDAT
We kopen water.
We hebben dorst.
We kopen water omdat we dorst hebben.
ALS
We gaan morgen naar de kust.
Het is goed weer.
We gaan morgen naar de kust als het goed weer is.
HOEWEL
We gingen gisteren naar de kust.
Het was heel koud.
We gingen gisteren naar de kust hoewel het heel koud was.
TOEN
De hond blafte.
De bezoekers vertrokken met veel lawaai.
De hond blafte toen de bezoekers met veel lawaai vertrokken.
TERWIJL
Jij maakt het eten klaar.
Ik lees de krant.
Jij maakt het eten klaar terwijl ik de krant lees.